Of je nu door de bossen wandelt of op straat, het meest belangrijk zijn de schoenen. Wandelschoenen zijn er in verschillende types, van zeer stugge niet buigzame stijgijzervaste zool tot soepele zeer buigzame wandelzool.
De wandelschoenen worden ingedeeld in categorie A tot en met D, waarvan A de soepelste is en D de stugste. Voor de wandelaar op de vlakke weg is een lage, soepele, goed schokdempende schoen het meest geschikt, maar er zijn ook mensen die een hoge schoen prefereren, denk er dan om dat hij niet te stug wordt. We noemen dit een A-B-schoen.
Waarom wandelschoenen?
Wandelen is een hele andere actie dan hardlopen. Op de manier zoals de voet landt, heeft een en ander effect op knieën, heupen en lage rug. Ook zorgen bij het hardlopen verticale krachten, ontstaan door de voorwaartse snelheid, voor een belasting van 2-3 maar bij het lichaamsgewicht op de schoen, bij wandelen is dat 1-1,5 maal het lichaamsgewicht. Tijdens het wandelen raakt de hiel in een hoek van 30 tot 45 graden de grond. Bij hardlopen minder dan 30 graden, daarom zijn veel wandelschoenen voorzien van een afgeschuinde hak, voor een meer soepele landing en afwikkeling van hak naar teen.
Wat voor schoen voor wandelen?
- De buitenzool is van rubber, deze moet zijn: slijtvast, dempend, goede grip hebben.
- De binnenzool liefst los, comfortabel ondersteunend en vervangbaar.
- Het binnenwerk (voering) moet een optimaal klimaat bieden, namelijk vochtafvoer om hitte en blaarvorming te voorkomen, sneldrogend en aangenaam aanvoelen.
Binnenvoering wandelschoen
Voor de binnenvoering zijn twee materialen geschikt, namelijk leer en goretex. Leer is sterk en soepel, maar tegenwoordig wordt steeds meer goretex gebruikt. Dit materiaal is namelijk waterdicht en is tevens ademend, het is een soort membraan, waarin microscopisch kleine gaatjes zitten, waardoor waterdamp naar buiten getransporteerd kan worden, maar een waterdruppel niet naar binnen.
Wat ook heel belangrijk is, is het passen van de schoen. Het beste is om ‘s middags te passen, de voet zet namelijk in de loop van de dag op en ook bij de tocht zal de voet opzwellen. Over het algemeen schaf je een wandelschoen daarom een halve tot een hele maat groter aan dan je normale schoen. Ook is het aan te raden de schoen te passen met de juiste sok.
Trek de schoen goed aan, hiel naar achteren, tong in het midden en de veters vast. Dan moet je je afvragen of de hiel goed zit, genoeg breedte en of je genoeg ruimte voor de tenen hebt. Trek in ieder geval beide schoenen aan en houdt ze minstens tien minuten aan omdat de schoen aan je voet moet passen.
Schoenen inlopen
Een nieuwe schoen moet men eerst inlopen. Men kan het beste beginnen met thuis inlopen door korte wandelingen, de schoen gaat zich dan zetten, hoe stugger de schoen hoe langer het duurt. Mocht het te lang duren, ga dan in dauwnatgras lopen, de schoen gaat zich dan lekker snel aanpassen.
